De zogenaamde hypnotische trance is een toestand van diepe ontspanning waarin het onderbewustzijn meer openstaat voor invloeden van buitenaf. Bij de hypnotische trance blijft men bij bewustzijn, maar je laat je leiden door de beelden en
voorstellingen die de hypnotherapeut oproept.
Het is echter onmogelijk om iemand onder hypnose dingen te laten doen die ingaan tegen zijn principes. Hypnose kan je bevrijden van onbewuste spanningen.
Autosuggestie.
Hypnose is in feite zelfhypnose. De
hypnotherapeut traint zijn cliënt erop de trance op ieder gewenst moment te bereiken. Zelfhypnose is ook mogelijk door te luisteren naar een cd. Ook hier roept de tekst beelden en voorstellingen op waar je je in mee kan laten drijven.
Wat is hypnose?
Hypnose is een veranderende bewustzijnstoestand gekenmerkt door perceptuele, sensorische en cognitieve veranderingen. Het vermogen om in trance te gaan en de diepte van de trancetoestand die iemand kan bereiken zijn afhankelijk van meetbare verschillen in
hypnotisch talent.
Hypnotisch talent.
Dit talent bestaat uit verbeeldingskracht, het vermogen tot geconcentreerde aandacht en absorptie, en het vermogen om tijdelijk het kritisch-analytisch denken op te schorten en met suggesties mee te gaan. In
hypnose zijn mensen in staat dingen te ervaren en te doen die ze in een andere context niet zouden kunnen en als vreemd zouden ervaren. bv een leeftijdsregressie.
Hypnotherapeut.
De taak van de hypnotherapeut is om de hypnotische betrokkenheid
van de patiënt te begeleiden in een richting die hem helpt zijn angsten de baas te worden en productief om te gaan met emotionele en lichamelijke pijn.
Mogelijkheden van hypnose en hypnotherapie.
1. Hypnose wekt de verwachting verborgen,
onbewuste trauma's toegankelijk te maken of om genezingen tot stand te brengen waar dat tot nu toe onmogelijk was. Of deze verwachting terecht is of niet, zij kan een positieve therapeutische werking hebben.
2. Het introduceren van een ' veranderde
bewustzijnstoestand' die een therapeutisch effect kan hebben. Dit kan trouwens ook bereikt worden met ontspanningsoefeningen, yoga - en meditatieoefeningen. Hypnose brengt dit tot stand via een geritualiseerde procedure.
3. Ontspanning; een
factor met een algemeen gunstig therapeutisch effect.
4. Suggestie; hypnotische procedures lijken bij uitstek gericht de werking van suggestie te stimuleren. De hypnose biedt de patiënt autosuggestieve oefeningen om buiten de therapie-uren constructief
aan hun problemen te werken en een algemeen effect van ' zelfcontrole' te bewerken.
5. Concentratie; een ander specifiek kenmerk van hypnose is een ongekende graad van concentratie te bereiken die het mensen mogelijk maakt
zich met grote aandacht te richten op een bepaalde gebeurtenis uit het verleden of in de toekomst. vb het ondergaan van een chemokuur.